Correspondent Mark Schenkel vertelde me het al. “Rwanda heeft niets met Afrika te maken”. Het voelt ook ietwat vreemd. In een Japanse taxi zit ik naast een Rwandees die keiharde Amerikaanse countrymuziek draait. Hij brengt me naar hotel Des Mille Collines, het hotel uit de film Hotel Rwanda. Ogenschijnlijk niets doet denken aan de gruwelijkheden die hier plaatsvonden.
De straten zijn schoon en netjes. Alles is strak georganiseerd in het ‘nieuwe’ Rwanda. Hier in Kigali doet niets je aan Afrika denken. ‘Dit is on-Afrikaans’, merkt de Hollandse ondernemer Joris van Dijk op. Hij is net aangekomen in Rwanda en reist mee in het kielzog van minister Ploumen. Hij verwacht connecties te leggen, waarmee hij net als in Kenia en Ghana bruggen kan gaan bouwen. Letterlijk, niet figuurlijk.
De verwachtingen zijn hooggespannen, de vragen uiteenlopend. Nederlandse ondernemers weten dat in Rwanda alles via de staat geregeld wordt. ‘De aanwezigheid van Ploumen geeft hopelijk net dat zetje dat wij nodig hebben’.
Helaas is de minister net iets te laat voor het evenement. Haar medewerker laat weten dat ze zal aanschuiven in de middag en bij het diner.
Bezoekers zijn in ieder geval goed voorbereid op haar komst, zo blijkt uit een papier op de stoel naast me: “Minister Ploumen, getrouwd en twee kinderen”. Mooi, dan weten ondernemers in Rwanda dat ook.